Skip to main content
0
Algemeen

Emma als moeder én montessorileraar

De blog over onze fietsende Lisa heb ik geschreven vanuit mijn rol als moeder van twee jonge kinderen (3 en 1 jaar oud). Ik realiseer me ook dat veel van deze opgedane ‘Montessori-inzichten’ zich ook vrij gemakkelijk laten vertalen naar mijn rol als Montessori-leraar binnen de Montessorischool Zwolle. Ik benoem hieronder twee inzichten die ik meeneem in mijn rol als professional: goed observeren en ‘herhaling als middel tot vervolmaking’.

In de eerste plaats noem ik de belangrijke taak om in mijn rol als leerkracht goed te (leren) observeren. Ik zie het als een grote verantwoordelijkheid om vooral nog beter te leren kijken ‘zonder oordeel’. In de ogen van Maria Montessori is observeren het proces van nauwkeurig en zorgvuldig kijken naar kinderen terwijl zij werken en spelen, zonder hen te onderbreken of te beoordelen. Het doel hiervan is om de behoeften, interesses en ontwikkelingsfasen van het kind beter te begrijpen zodat je als leerkracht de voorbereide omgeving kunt aanpassen. Door het aanpassen van de voorbereide omgeving wordt het leren en de groei van het kind ondersteund.

Ik realiseer me maar al te goed dat ik in alles wat ik doe en laat mijn eigen ‘script’ volg. Ik ben me bewust van dat script en train mezelf om ook los van ‘mijn eigen verhaal’ te kijken naar anderen. De ene keer lukt dat beter dan andere keren, al ben ik me doorgaans wel bewust van mijn eigen ‘invulling’. Het driekolommenmodel helpt me om inzichtelijk te maken wat objectief is (ik zie) en wat subjectief is (ik voel en ik begrijp). Ik zie dat inzicht als een grote stap in de goede richting. Ik stel mezelf ten doel om mezelf komend schooljaar nog verder te bekwamen in het goed observeren; met veel geduld, wetenschappelijkheid, precisie, respect en verwondering voor het kind.

En dan het ‘herhalen’, als middel tot vervolmaking. Ik heb weliswaar altijd van huis uit meegekregen dat ‘herhaling de kunst van het leren is’, toch linkte ik dit niet direct aan het Montessorigedachtegoed. Afgelopen schooljaar heb ik in mijn onderbouw echter van dichtbij mogen meemaken dat veelvuldig herhalen echt van wezenlijk belang is voor (jonge) kinderen. In het begin heb ik weleens gedacht ‘Je kunt dit toch al, wil je dit weer doen?’. Later, na veel lezen en gesprekken tijdens opleidingsdagen, realiseerde ik me dat deze herhalingen in het teken stonden van vervolmaking. De rode stokken, die voor de zoveelste keer erbij werden gepakt door een 4-jarige, werden met veel beleid en precisie neergelegd. Ook de roze toren bleef bij dit kind lange tijd favoriet. Ik dacht eerder dat dit kind dit materiaal allang ‘beheerste’, later realiseerde ik me dat deze zienswijze mijn eigen ‘belemmering’ was.
Ter illustratie, ik heb hoofdstuk 11 in ‘De Methode’ als een eye-opener ervaren. Hierin werd het montessorimateriaal nadrukkelijk beschreven als ‘hulpmiddelen voor het kind, dat ze zelf uitkiest, zich er van meester maakt voor eigen gebruik, en zich er mee oefent volgens eigen interesse en behoefte, zolang zijn belangstelling duurt’. Met andere woorden, het materiaal in een Montessori-omgeving wordt niet als hulpmiddel gezien voor de uitleggende leraar (dus niet als ‘didactisch materiaal’), wel als ‘ontwikkelingsmateriaal’ dat zo vaak gebruikt wordt als de interesse van het kind duurt. Het is waar, herhaling is de kunst van het leren. Of je nu voor de honderdste keer de roze toren op- en afbouwt of het plassen op de wc ‘vervolmaakt’.

Emma Koers